Shell levert 3D geprinte onderdelen voor beademingsapparaat van TU Delft

Onder leiding van professor Jaap Harlaar, opleidingsdirecteur van Technical Medicine van TU Delft, begonnen half maart dertig studenten aan dit ambitieuze project. Binnen korte tijd hebben zij Nederlandse producenten gevonden die ieder een bijdrage leveren aan het apparaat. De elektronica komt uit het Friese Burgum bijvoorbeeld, de regelaars voor de zuurstoftoevoer uit Ruurlo, de bodemplaat uit Alphen aan den Rijn en de koppelstukken dus uit het Shell Technology Centre Amsterdam.

Printen in zuurstofdicht nylon

“Het gaat om in totaal vijf verschillende componenten voor het apparaat”, vertelt Joost Kroon. “Het zijn verschillende koppelstukken en de behuizing voor de elektrische apparatuur in de machine.” Kroon print de componenten in materiaal dat al eerder uitgebreid is getest en goedgekeurd. “Het is nylon dat helemaal zuurstofdicht is. Dat is essentieel voor dit soort apparatuur.”

Samen optrekken met partners

Al vanaf de start van OperationAIR heeft Shell aangegeven een bijdrage te kunnen leveren op het gebied van 3D printen. Het was toen nog niet eens duidelijk of de expertise en printcapaciteit van Shell nodig was in het project. Joost Kroon: “In deze tijd is netwerken erg belangrijk. We willen graag samen met onze partners optrekken in de strijd tegen het coronavirus. Samen snel reageren, samen snel leveren.”

Van 80 naar 500 beademingsmachines

De eerste 80 sets onderdelen zijn geproduceerd. Die worden nu samengevoegd in de apparaten. Parallel worden door de overheid kwaliteitstesten uitgevoerd. Als de beademingsmachine van de Delftse studenten voldoet aan alle eisen, wordt de productie verhoogd naar in totaal 500. “Het is state-of-the-art wat die Delftse studenten gedaan hebben”, aldus Kroon. “Het is aan ons de taak om het printen zo efficiënt mogelijk te organiseren.”