Kunstmatige intelligentie

Bouwen op kunstmatige intelligentie

Technologie is vanouds een partner van vooruitgang. Dat was al zo bij de uitvindingen van het vuur en het wiel. Na de eerste industriële revolutie, die in 1750 begon, zitten we inmiddels middenin de vierde. Deze keer aangejaagd door kunstmatige intelligentie.

Door Erik Jan Bolsius op 21 okt. 2020

De vierde industriële revolutie draait niet om het gebruik van machines, het toepassen van massaproductie of digitalisering, maar om de versmelting van mens en technologie. Nieuwe technologieën vloeien steeds meer samen met het menselijk bestaan. Dat klinkt enger dan het is en het is al lang aan de gang. In 2016 noemde directeur Klaus Schwab van kennisinstituut World Economic Forum dit ‘de vierde industriële revolutie’. Nu iedereen toegang heeft tot de nieuwste technologie, kunnen we goedkoop en snel nieuwe diensten en producten ontwerpen.

Volgens filosoof en wetenschapper Koert van Mensvoort ontstaat zelfs een hele nieuwe vorm van natuur en zal de mens daarin niet meer dominant zijn. Hij is daar optimistisch over ‘omdat die nieuwe natuur voortkomt uit de denkkracht van mensen’ vertelde hij in een uitzending van VPRO Tegenlicht. “De mens kan slecht op planetair niveau denken, daarom kunnen we bijvoorbeeld het broeikaseffect niet oplossen. Misschien kunnen we organismen ontwerpen die ons daarbij kunnen helpen.” Hij denkt dat bedrijven dominanter worden, ziet ze als nieuwe diersoort. “Ook bedrijven willen overleven, hebben grondstoffen nodig als voeding, hebben seks in de vorm van fusies, dus ook zij evolueren. Dat wordt een co-evolutie, samen met de mens”, denkt Van Mensvoort. “Techniek sluit aan bij onze intuïtie, verrijkt onze zintuigen en zet ons in onze kracht.”

Internet of Bodies

In andere bewoordingen dan Van Mensvoort denkt futurist Willem Peter de Ridder ook dat, net als tijdens de vorige industriële revoluties, de mens vooral profiteert van nieuwe technologie. “Technologische vooruitgang gaat ons ook nu weer meer welvaart en geluk brengen”, stelt de auteur van het boek Winnen met kunstmatige intelligentie. Hij voorspelt de opkomst van een Internet of Bodies, nu het Internet of Things al snel gewoon is geworden. Lichamen aangesloten op internet? “Zeker, de smartwatch en smartphone krijgen al veel fysieke informatie van hun gebruikers, waarmee op afstand hun gezondheid te monitoren is. “Dit is pas het begin van technologie in de gezondheidszorg”, vertelt De Ridder. “Denk aan 3D-geprinte protheses of organen, een chip in het hoofd van Parkinson-patiënten die zorgt voor vermindering van de klachten, of aan CRISPR, een methode waarmee je DNA kan modificeren.” 

Verzet tegen vernieuwing

Tijdens elke industriële revolutie was er verzet tegen vernieuwing, soms zelfs met geweld. Achteraf lijken de argumenten van de tegenstanders vaak vergezocht. Dat zijn ze wellicht ook, maar de felheid komt steeds voort uit oprechte onzekerheid en angst over wat de toekomst zal brengen.

“Een trein die door een weiland raast, maakt de melk van de rustig grazende koeien zuur, omdat die zich wild schrikken van de passerende stalen monsters”, beweerden boeren die liever geen rails op hun land hadden.

“Een 5G-mast veroorzaakt ziektes door straling, net zoals mobiele telefoons kankerverwekkend zijn”, zeggen tegenstanders op basis van al vaak met onderzoek weerlegde stellingen over de straling van zendmasten.

“Koffiedrinken tast de mannelijkheid aan”, stelden de bierbrouwers en theeboeren toen koffie zodanig in zwang kwam dat die hun omzetten bedreigde.

“Wisselstroom is al bij een laag voltage dodelijk”, zo viel te beluisteren tijdens de War of the Currents, een heuse strijd over gelijkstroom en wisselstroom aan het einde van de negentiende eeuw. Het argument kwam van onder anderen Thomas Edison, die voor zijn gloeilampen gelijkstroom nodig had.

En wat te denken van een heuse stroming van tegenstanders van het weefgetouw? Deze Luddieten waren Engelse actie­voerders aan het eind van de achttiende eeuw die machines zagen als een bedreiging van hun vakmanschap. Hun weerstand verschilt niet zoveel van die van Rotterdamse havenarbeiders tegen de verdergaande automatisering van de containeroverslag. 

Van daaruit is het nog maar een kleine stap naar de droom van Elon Musk, oprichter van Tesla, die onsterfelijk wil worden met hulp van biotech. Of dat gaat lukken, daar wil De Ridder zich niet aan wagen. Hij houdt het bij de constatering dat technologische vooruitgang ons veel brengt. Minder honger, meer gezondheid, welzijn, welvaart; de mens heeft het sinds de invoering van de eerste machines inderdaad steeds beter. Of het nou zo geweldig is, valt te betwisten, in deze hightech tijd sterven inmiddels meer mensen aan de gevolgen van te veel eten en de bijkomende welvaartsziekten dan aan honger.

De belofte dat computers zelf gaan denken, is er al sinds de jaren 50 van de vorige eeuw, inclusief het doembeeld dat robots de wereld overnemen, onze banen stelen, of een oorlog beginnen. Sceptici zien overigens nog helemaal niet zoveel spannends voortkomen uit kunstmatige intelligentie. Wie veel science fiction heeft gezien, verwacht misschien dat computers inmiddels zelfstandig kunnen denken en een eigen bewustzijn hebben, inclusief moreel besef. Dat is echter nog niet aan de orde. De Ridder: “Kunstmatige intelligentie is vooral geavanceerde data-analyse, waarmee je op basis van historische data kunt voorspellen wat zal gaan gebeuren of hoe je het beste resultaat kunt bereiken.”

Meer werkgelegenheid

Futurist De Ridder is niet sceptisch te krijgen. Vol vuur vertelt hij over de snelheid waarmee technologie zich ontwikkelt. “Kijk eens naar je bureau en bedenk eens hoe dat er tien jaar geleden uitzag. Staat er nog een Rolodex of een map met visitekaartjes? En bedenk hoe onmisbaar je telefoon is geworden, in die afgelopen tien jaar. Vrijwel niemand heeft nog een losse camera, tomtom-apparaat of agenda. En de compleet zelfrijdende auto wordt ooit ook echt de normaalste zaak van de wereld.”

De Ridder weet ook dat bij iedere technologische revolutie weerstand bestaat of angst voor vernieuwing. Maar de voorspelde massawerkloosheid, veroorzaakt door robots, komt er niet. Rapporten van 10 jaar geleden voorzagen een dalende werkgelegenheid door automatisering en robotisering van arbeid. Nieuwe rapporten laten het tegen­over­gestelde zien. “Waar automatisering mogelijk is, zal dat zeker gebeuren, maar er komen alleen maar banen bij”, vertelt De Ridder. “We zien hetzelfde als bij de opkomst van internet in de jaren 90. Toen ontstonden voor iedere baan die verdween 2,6 nieuwe banen.” Wel geeft de futurist aan dat dit een toename van de werk­gelegenheid is op macroniveau. Op microniveau zijn er slachtoffers, want niet iedereen die zijn baan verliest door de robotisering zal zijn weg naar de arbeidsmarkt terugvinden.

Kunstmatige intelligentie
De eerste drie

De eerste en derde industriële revolutie stonden in het teken van een uitvinding, nummer twee en vier meer in de brede toepassing ervan. Zo staan stoommachine en computer symbool voor de belangrijke uitvindingen die massaproductie, kunstmatige intelligentie en robotica aanjoegen.

Stoommachine aan de basis van de eerste industriële revolutie

Engeland is niet voor niets een trots land. Het legde de basis voor de eerste industriële revolutie, mede doordat het niet werd afgeleid door de Napoleontische oorlogen van begin 1800. Rond 1750 begon in Engeland de industrialisatie dankzij machines in de textielindustrie, met het weefgetouw met halfautomatische spoel, Spinning Jenny, als bekend voorbeeld. De eerste belangrijke machine was daarvoor al uitgevonden, een stoommachine waarmee mijnwerkers dieper konden graven dan ze ooit met de hand konden. Het toenemend gebruik van machines zorgde voor nieuwe banen in de steden. Textielfabrieken konden sneller en goedkoper een grote productie draaien, tegen lage loonkosten. De aanvoer van grondstoffen werd makkelijker vanaf 1824, dankzij de uitvinding van de stoomtrein. Via het spoorwegennetwerk en verbeterde wegen waren de goederen ook snel weer te verspreiden.

Massaproductie symbool voor de tweede industriële revolutie

Ook tijdens de tweede revolutie, die grofweg in 1870 begon, waren innovaties leidend. Maar die zaten eerder in grote verbeteringen in de productie van onder meer staal, het gebruik van de verbrandingsmotor, elektriciteit en olie. Waar ooit de mens zo breed was ontwikkeld dat hij volledig in zijn eigen levensonderhoud kon voorzien en zijn eigen huis bouwde, werd arbeid steeds specialistischer. De tweede industriële revolutie was zeker ook te danken aan de wetenschappelijke benadering van management door Frederick Taylor en de uitvinding van de lopende band in de fabrieken van Henry Ford. Door minutieuze productieprocessen uit te denken, kreeg die het voor elkaar om elke 32 seconden een auto uit zijn fabrieken te laten rollen.

Digitalisering kenmerkt de derde industriële revolutie

De derde industriële revolutie begint met de invoering van mainframe computers en pc’s in de jaren 70 van de vorige eeuw en loopt tot de uitvinding en het brede gebruik van internet. Dat lijkt nog niet zo lang geleden, maar sindsdien is onze wereld enorm veranderd. Wie kan zich nog een wereld voorstellen zonder smartphones? Toch bestaan die pas een goede 10 jaar. Met een verbinding tussen de fysieke, digitale en biologische wereld maakt de vierde industriële revolutie de beloftes waar van de uitvinders van de pc en internet. 

De bekende Israëlische historicus Harari voorspelt dat de technologische ontwik­kelingen zelfs zo snel gaan dat de mens in 2030 helemaal niet meer hoeft te werken voor zijn levensonderhoud. Dat kunnen we in de vierde industriële revolutie overlaten aan de robots en zelfdenkende computers. Volgens De Ridder zit dat er zo snel niet in: “Sinds 1870 daalt het aantal uren van een normale werkweek in een rechte lijn, van 70 uur naar nu gemiddeld 35, maar toch hebben we het drukker dan ooit. Om aan het werk te blijven, moeten we ons constant aanpassen. Naast IQ en EQ is LQ, de learnability quotient, minstens zo belangrijk. Het is van groot belang je levenslang te blijven ontwikkelen.”

Waar gaat het heen met de versnelde toepassing van nieuwe technologie? De Ridder voorziet dat de ontwikkelingen op het gebied van kunstmatige intelligentie alleen maar sneller gaan de komende jaren. “Dit danken we aan het nemen van drie belangrijke technische hordes. Om te beginnen verzamelen we meer data dan ooit, bijvoorbeeld van alles wat we op internet doen en van alle sensoren in alle mogelijke apparaten. Die data maken we beschikbaar in de cloud en dankzij snelle (quantum)computers is er meer rekenkracht dan ooit tevoren. Die drie elementen samen, dus data, cloudopslag en reken­kracht maken een exponentiële groei mogelijk in de toepassing van kunstmatige intelligentie, onder meer in de verbinding tussen de fysieke, digitale en biologische wereld.” De Ridder sluit hiermee aan op de voorspellingen van Klaus Schwab, van het World Economic Forum.

Angst voor misbruik

Van minder ongelukken met vliegtuigen tot het produceren van meer voedsel met gebruikmaking van minder water, grond en pesticiden, tot het beter volgen van ziektes in je lichaam, de impact van technologie op economie, mens en maatschappij is enorm. En de angst voor misbruik door bedrijven of minder democratische regimes? De Ridder ziet dat gevaar ook: “We moeten zorgen dat algoritmes transparant en uitlegbaar zijn, dat we als mensen zelf het stuur in handen houden. Europa organiseert zich goed met privacy­wetgeving en het kritisch volgen van de vijf techreuzen Facebook, Google, Apple, Microsoft en Amazon. Voor Europa is mijn zorg eerder dat we nog geen goede tegenhanger van die grote vijf hebben en relatief weinig in kunstmatige intelligentie investeren.”

Kunstmatige intelligentie
Slimme computers helpen ons dagelijks

Wat merken we vandaag al van kunst­matige intelligentie? Futurist Willem Peter de Ridder licht een paar voorbeelden toe.

Aanbevelingen in Netflix en Spotify
“Ze bouwen een klantprofiel op en geven vaak verrassend goede adviezen voor nieuwe series of muziek.”

Dynamic pricing
“Bij het boeken van een vlucht of hotel verandert de prijs voortdurend. Een algoritme schat in wat je wilt betalen. Dat gebeurt op basis van het tijdstip waarop je boekt, waar je woont, maar ook bijvoorbeeld van het merk laptop dat je gebruikt. ‘Apple-gebruikers hebben vaak wat meer te besteden’, is de gedachte.”

Sollicitatiegesprekken met een chatbot
“Je logt in en praat met een chatbot die jou de vragen stelt en niet alleen de inhoud van je antwoorden beoordeelt, maar ook heel goed kan volgen hoe je gezichtsuitdrukking verandert of hoe je intonatie is.”

Beeldherkenning in de gezondheidszorg
“Een algoritme ziet meer en maakt minder fouten dan een arts bij het analyseren van scans of röntgenfoto’s.”

Smart energy products
“Het verbruik van energie, maar ook het beheer van netwerken, dat kunnen algoritmes beter overzien dan mensen. De datacentra van Google verbruiken 40% minder energie sinds ze het energiebeheer niet meer aan hun ingenieurs overlaten.”

Meer Shell

Venster

Venster is het Nederlandstalige kwartaalmagazine van Shell Nederland. Met gesprekken met senior leaders, wetenschappers en beleidsexperts binnen en buiten Shell, en diepteverhalen.

Windpark voor de toekomst

Voor de kust van Egmond aan Zee bouwen Shell en Eneco een nieuw windpark: Hollandse Kust (noord). Het wordt een windpark voor de toekomst, met de allernieuwste technieken. Eind 2023 draaien de turbines.

Nieuws

Lees ons laatste nieuws, download onze jaarverslagen en zie hoe u contact kunt opnemen met de persvoorlichters van Shell in Nederland.