Direct naar de hoofd inhoud

Afscheid van NAM-directeur met passie en lef

Na vijf jaren zwaait Johan Atema af als directeur van de NAM (Nederlandse Aardolie Maatschappij). Inmiddels is de parlementaire enquête over gaswinning afgerond en de productie van aardgas uit het Groningen-veld gestopt. Het bedrijf richt zich nu met name op gaswinning uit de vele kleine gasvelden in Nederland waar NAM actief is, het beheer van de ondergrondse gasopslagen, en het heropstarten van het Schoonebeek olieveld. Tegelijkertijd staan de offshore activiteiten van NAM in de verkoop. 

Rob van 't wel

Tekst: Rob van 't Wel. Beeld: NAM Archief

For English version, click here or scroll further down 

 

 

Johan Atema gaat een uitdaging niet uit de weg. De geboren en getogen Fries weet bij zijn aantreden als directeur van NAM (50% Shell, 50% ExxonMobil) dat hem een meer dan stevige klus te wachten staat. Op dat moment staat het ooit zo trotse bolwerk van Nederlandse voorspoed al jaren onder grote druk door de crisis in Groningen. Na de aardbeving op donderdagavond 16 augustus 2012 in Huizinge, 3,6 op- de schaal van Richter, wordt het nooit meer stil rond de uitvoerende producent van het Groningen-gasveld. Waar NAM symbool stond voor energiezekerheid en miljarden aan inkomsten genereerde voor zijn aandeelhouders en de Nederlandse Staat, kwam het bedrijf in één klap volop in de problemen en vol in de publicitaire wind – inmiddels is de situatie gestabiliseerd en is het bedrijf weer opgekrabbeld na die hectische jaren.

Vlak voor zijn aantreden in september 2018, sluiten de overheid en de NAM-aandeelhouders Shell en ExxonMobil een zogeheten Akkoord op hoofdlijnen”. Doel is om daarmee de basis te leggen voor een oplossing van de problemen als gevolg van de gaswinning in Groningen.

Johan Atema
Johan Atema, directeur NAM

Met welke opdracht bent u destijds in 2018 aan de slag gegaan?

“Dat klinkt misschien raar maar er was geen specifieke opdracht. Ik ben in volledige vrijheid aan deze baan begonnen en anders had ik het misschien ook niet gedaan. Er waren wel wat uitgangspunten. Op basis daarvan zijn we aan de slag gegaan.”

Wat waren die uitgangspunten?

“De eerste was dat NAM op afstand geplaatst zou moeten worden van alles wat er rond Groningen speelde. Dan heb ik het bijvoorbeeld over het herstel van de schade en de versterking van woningen in het aardbevingsgebied. Wij zouden daarvoor betalen maar de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de schaderegelingen en het beleid ten aanzien van de versterking van huizen paste niet bij ons. We hebben die expertise niet en hebben sowieso als veroorzaker altijd de schijn tegen. Dat werkt dus niet. Deze taken moesten worden overgeheveld naar de overheid.

Het tweede speerpunt betrof de rest van de activiteiten buiten Groningen, zowel op het land als op zee. Hoe kunnen we die een toekomst bieden waarin geïnvesteerd blijft worden? Is dat dan binnen of buiten NAM? Daar moet je duidelijkheid over hebben.

Het derde uitgangspunt was dat de sfeer in het bedrijf snel moest verbeteren. Wat ik aantrof was een bedrijf met werknemers die al heel veel klappen hadden opgevangen. We moesten ons zelfvertrouwen herwinnen, omdat je anders niet de toekomst tegemoet kan.

En een vierde prioriteit die er al snel aan toegevoegd werd, is misschien meer een houding dan een uitgangspunt en ging erom dat we nog nieuwsgieriger moesten worden met name in onze omgang met de buitenwereld NAM hoeft en kan niet alles te bedenken of op te lossen. Vraag eerst aan de mensen waar de schoen wringt en wat er precies van ons wordt verwacht. Pas daarna kan je kijken wat je wel of niet kan bieden. En wees daar dan duidelijk over.”

Kan een aangeslagen organisatie met zulke algemene uitgangspunten uit de voeten?

“Zeker, maar niet meteen. Daar moet je keihard aan werken. Ik ben al snel bewust extern gaan terugpraten om een duidelijk geluid laten horen, ook om intern een signaal af te geven. NAM had zoveel klappen opgelopen dat we redelijk schuchter waren geworden. We vonden het moeilijk om ons in de media en in de omgang met de politiek te verdedigen. Het bedrijf kreeg immers van alles de schuld. We werden door sommige politici als harteloze schoften aangeduid en dat we de oorzaak waren van alles wat er in Groningen fout ging.
Daar ben ik bewust tegen opgestaan en tegen ingegaan, vooral tegen de bewering dat NAM niet integer zou zijn. Dat ging me echt te ver. We hebben als bedrijf fouten gemaakt en dat moeten we als NAM ook eerlijk toegeven. Maar de intenties van dit bedrijf zijn altijd zuiver geweest.”

En toen moesten de verhoren van de parlementaire enquête over de gaswinning in Groningen nog komen. Was daar, gezien de onwrikbare politieke stellingnames nog wel iets te halen?

“Verrassend genoeg wel. We hadden het ook erg goed voorbereid en hebben daar als bedrijf samen met de aandeelhouders echt ons verhaal kunnen vertellen. We hebben valse aantijgingen feitelijk kunnen weerleggen. Het was bijvoorbeeld echt niet NAM die in 2013 nog even de productie in Groningen wilde opschroeven. Die wens en opdracht kwam van de overheid.”

Wat hebben u en NAM uit de enquête geleerd?

“Wij hadden de meeste lessen al voor de enquête geleerd. De eerste les voor NAM is dat je op allerlei niveaus het gesprek moet aangaan voordat je plannen wilt gaan uitvoeren. Luisteren naar de zorgen van onze buren en kijken hoe je die gezamenlijk met de omgeving kan adresseren. En vervolgens moet je doen wat je hebt afgesproken.

De tweede les is dat je bij ieder nieuw veld dat je wilt ontwikkelen, de mensen die mogelijk last van je activiteiten hebben, laten meeprofiteren van de opbrengsten. Op die manier komt er meer balans tussen lusten en lasten.

NAM

NAM

NAM is de Nederlandse Aardolie Maatschappij. In 1947 richtten Shell en Esso (ExxonMobil) gezamenlijk dit bedrijf op voor de opsporing en winning van aardolie in Nederland. 

Lees meer op de website

En les drie: wees duidelijk dat je altijd met de hand aan de knop zit. Spreek af welke last er acceptabel of onacceptabel is. Leg bijvoorbeeld de productie meteen stil als je over de aardbevingsgrens van 3.0 op de Richterschaal gaat. En als we voorgoed ergens weggaan onze lokale infrastructuur netjes en weer in goede samenwerking met de omgeving opruimen, want het is belangrijk hoe mensen je herinneren.”

Dat zijn duidelijk uitgangspunten, maar helpen ze ook bij het opstarten van nieuwe activiteiten?

“Duidelijke uitgangspunten zijn altijd goed en ze hebben zeker geholpen bij nieuwe projecten. Maar in de loop van de jaren is de klimaatdiscussie dwars door de discussie over olie- en gaswinning gaan lopen. De Russische inval in Oekraïne heeft wel nieuwe realisme in de discussie gebracht maar er zijn toch altijd nog heel veel mensen die vinden dat de winning van olie of gas zo snel mogelijk moet stoppen, ook al doe je het veilig en verantwoord – laat staan dat je iets nieuws start. Feit en fictie zijn in die discussie, met name over hoe snel we van het gas afkunnen, door elkaar heen gaan lopen. Dat maakt zaken wel lastig.”

Met welk gevoel verlaat u NAM?

“Dankbaar en vol vertrouwen. Ik kom uit een deel van Friesland waar aardgas wordt gewonnen en ik had eerder bij het bedrijf gewerkt. Niet voor niets heb ik mij altijd heel verbonden gevoeld met dit bedrijf.

Daarom wilde ik juist in een moeilijke tijd hier aan de slag. Bij mijn vertrek zijn alle problemen echt niet voorbij maar NAM kan wel verder. De arrogantie die NAM in het verleden wel eens werd verweten is grotendeels verdwenen. Er ligt een fundament waarop andere kunnen voorbouwen.”

Drie keer scheepsrecht: de drie rollen van Johan Atema

1997-2001

“Na zes jaren bij ingenieursbureau Haskoning gewerkt te hebben, en toen ook al opdrachten voor Shell en NAM gedaan te hebben, besloot ik in te gaan op een baan bij Shell. Het leek me een prima kans op ook langere tijd in het buitenland te wonen. Per slot van rekening had ik in die jaren ook al projecten gedaan voor Shell in Venezuela.

Het werd een HSE-functie, veiligheid, zeg maar. Vanuit het kantoor in Schiedam en dan voor de olie en gaswinning in de 10 tot 20 kleine velden in West-Nederland. Dat was niet het buitenland wat ik voor ogen had, maar ik heb die baan toch aangenomen.
Ik was nog niet binnen of er kwam een ingrijpende herstructurering van de organisatie. Mijn baas maakte mij Hoofd Veldoperaties. Ik wist weliswaar weinig van olie en gaswinning maar hij had wel een begrip van hoe je mensen moet organiseren. Die kennis had ik opgedaan tijdens mijn diensttijd. Ik was pelotonscommandant geweest met vijftig man en vijf kanonnen. Dan kom je er snel achter hoe je mensen in beweging moet krijgen, maar ook hoe je niet met ze moet omgaan.

In die periode in Schiedam hebben we toen met groot succes de hele organisatie aangepast. Het hoofdkantoor in Assen was ver weg dus we hadden vrijheid van handelen. Dat scheelt natuurlijk ook.”

2009-2013

“Na een aantal jaren voor Shell op Borneo, Maleisië, kwam NAM weer in beeld. Ik werd in eerste instantie verantwoordelijk voor de overdracht naar de nieuwe eigenaar van een aantal platforms en velden die we verkocht hadden op de Noordzee.

Daarna ging ik als asset manager kleine velden onshore aan de slag om nieuwe activiteiten van de grond te krijgen in de kleine velden op het land. Het was in eerste instantie een hele andere tijd dan nu. Klimaat impact door fossiele energie speelde veel minder een rol. Het was vooral zaak om heel lokaal te kijken wat de zorgen van de bewoners waren en hoe je daar aan tegemoet kon komen. Dat we – meestal – gas wilden gaan winnen was niet het probleem. Dat we het landschap zouden aantasten wel. En dus waren we heel scherp op een goede landschappelijke inpassing van installaties. Het was in die periode dat we bijvoorbeeld de oliewinning in Schoonebeek na 15 jaar van afwezigheid weer opstartten. Het bleek de stilte voor de storm. In augustus 2012 was de beving in het Groningse Huizinge de aardbeving die alles veranderde. We hadden met 50 jaar Groningen productie Nederland op onvoorstelbare wijze geholpen, maar de goodwill was in een keer weg.

Ik had vrij snel door dat alle plannen voor nieuwe activiteiten op het land in de ijskast konden en dat het een worsteling zou worden. Eerlijk gezegd voelde ik vooral empathie voor de mensen in Groningen. Ik woonde er zelf ook.”

2018-2023

“Na een aantal jaren in Den Haag, waar ik de kans had de top van Shell te leren kennen, wilde ik graag terug naar NAM. Ik wilde graag helpen om het bedrijf weer in rustig vaarwater te krijgen voor mijn collega’s en ook in de relatie met de buitenwacht. Ik vond dat ik dat zou moeten kunnen en dat ik daar als eindverantwoordelijke directeur een positieve bijdrage aan zou kunnen leveren.

Dat nog voordat ik officieel voor de derde keer bij NAM aan de slag ging, minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat een einddatum zette op de sluiting van de gasproductie in Groningen, dat hielp natuurlijk. Helaas moest ik bij mijn binnenkomst al snel een stevige reorganisatie doorvoeren. Dat betekende dat we afscheid moesten nemen van veel collega’s. Voor sommigen die gingen was dat misschien ook wel een opluchting omdat ze moeite hadden met de lastige positie waarin NAM zich in de externe wereld bevond. Terugkijkend durf ik wel te stellen dat de huidige collega’s er realistischer maar ook veerkrachtiger instaan dan jaren geleden. En dat is een goede constatering.”

 

 

Meer Venster

English version

Farewell to NAM Director with passion and guts: interview with Johan Atema

After five years, Johan Atema is stepping down as director of the NAM (Dutch Petroleum Company). In the meantime, the Parliamentary Inquiry into Natural Gas Production Groningen has been completed and the production of natural gas from the Groningen field has been stopped. The NAM now focuses mainly on gas extraction from its many small gas fields in the Netherlands, on management of the subsurface gas storages, and the restart of the Schoonebeek oil field. At the same time, NAM's offshore activities are up for sale. 

By Rob van 't Wel

Johan Atema does not shy away from a challenge. Born and raised in Friesland, he knew when he took up the position of Director of NAM (50% Shell, 50% ExxonMobil) that he had a more than tough job ahead of him. At that time, the once proud stronghold of Dutch prosperity had been under great pressure for multiple years, due to the crisis in Groningen. It was the earthquake of 3.6 on the Richter scale in Huizinge, on Thursday evening 16 August 2012, that changed everything. While NAM was a symbol of energy security and generated billions in income for its shareholders and the Dutch State, the company was trouble and in the middle of a public storm. Leaving those hectic years behind, NAM has recovered, and the situation is more stable.

Just before he took office in September 2018, the government and the NAM shareholders Shell and ExxonMobil signed the so-called Outline Agreement that laid the foundation for a solution to the problems caused by gas extraction in Groningen.

Johan Atema
Johan Atema, Director NAM

With which assignment did you start back in 2018?

"It may sound strange, but there was no specific assignment. I started this job in complete freedom. Otherwise, I might not have done accepted it. There were some starting points, that were the foundation of our work."

What were those starting points?

"Firstly, that NAM should create distance from everything that was going on around Groningen. This includes repairing the damage and strengthening homes in the earthquake zone. We were going to pay for that, but the responsibility for the implementation of the compensation schemes and the policy on the reinforcement of houses did not suit us. We don't have the expertise, and being the cause of the earthquakes, we would be seen as bias. Repairing and strengthening tasks had to be transferred to the government.
Secondly, the focus was on the activities outside Groningen, both on land and at sea. How to create a future for continuous investments? Will those activities remain inside NAM or will they moved outside the company? It is good to be clear on that.
Thirdly, the work atmosphere in the company had to improve quickly. Staff had taken a beating. We needed to regain our self-confidence, because without it we cannot face the future.
Fourthly, and this was more of attitude change than a starting point, we had to become even more curious, especially in our dealings with the outside world. NAM does not have to solve everything. It is good to know where the shoe pinches and what exactly is expected of us. Only then we know what we can or cannot offer. And we should be clear about that."

Can a battered organization cope with such general starting points?

"Certainly, but not right away. It requires hard work. I started to communicate consciously externally, also to send a clear signal internally. NAM had taken so many blows that we had become quite timid. We found it difficult to defend ourselves, in the media and in dealing with politics. After all, the company was blamed for everything. Some politicians referred to us as heartless bastards, and that we were the cause of everything that went wrong in Groningen. I deliberately made stand against this, especially against the allegation that NAM lacks integrity. That really went too far for me. As a company, we have made mistakes and we as NAM must admit that. But we always had honest intentions."

And then the hearings of the Parliamentary Inquiry into Natural Gas Production Groningen were still to come. Given the polarized political opinions, was there anything left to be gained?

"Surprisingly, yes. We had prepared ourselves very well for the hearings, and as a company we were able to tell our complete story, together with the shareholders. We have been able to actually refute false allegations. For example, it was really not NAM that wanted to increase production in Groningen in 2013. That wish and assignment came from the government."

What did you and NAM learn from the inquiry?

"We had already learned most of the lessons before the inquiry started. The first lesson: as a company, one has to start a debate at all levels, before implementing plans. It includes listening to the concerns of neighbours and looking for ways to address those concerns, together with the inhabitants around our site. It is important to actually do what has been agreed upon.

The second lesson is to let people who are affected by a new site benefit from the income that is generated, from the start. In this way, there is a better balance between benefits and burdens.
The third lesson: be clear you are in control. Agree on what burden is acceptable and what is unacceptable. For example, stop production immediately, if you an earthquake passes 3.0 on the Richter scale. And when we leave somewhere for good, neatly clean up our local infrastructure and do this in good cooperation with neighbourhood, because it's important how people remember you."

These are clear starting points, but do they help to start new activities?

"Clear principles are always good and they have certainly helped with new projects. But over the years, the climate discussion crossed the discussion about oil and gas extraction. The Russian invasion of Ukraine has brought new realism to the discussion. But there are still a lot of people who want extraction of oil or gas to stop as soon as possible, even if this extraction is done safely and responsibly. For them, new activities in oil and gas are out of the question. Fact and fiction are intertwined in this discussion, especially about how quickly we can get rid of gas. That does make things difficult."

How do you feel about leaving NAM?

"Grateful and full of confidence. I come from a part of Friesland where natural gas is extracted, and I had previously worked for the company. That is why I have always felt very connected to NAM, and that's why I wanted to work here, in difficult times. When I leave, NAM still faces problems, but the company can move forward. NAM is not arrogant anymore, something it was accused of in the past. I leave it with a proper foundation for to build on."

Shearwater-platform in de Noordzee

Third life for North Sea

Without Russian gas and spiking energy prices, the North Sea is back as a source of oil and gas.

Read the story

Meer Shell