Direct naar de hoofd inhoud
Vrachtwagens op rij

Voorsorteren op morgen: transporteurs zoeken begaanbare weg in transitie

Nederland is een land van transporteurs, dat weet iedere automobilist. Ook al die vrachtwagens moeten schoner gaan rijden. Daar ziet de weggebruiker niet veel van, maar onder de motorkap en op kantoor wordt hard gebouwd aan de sector van morgen. De wereld op wielen is in beweging.

Den Hartogh-vrachtwagen (Foto: Jiri Büller)

Tekst: Rob van 't Wel. Beeld: Jiri Büller

Het is waarschijnlijk niemand opgevallen en dat was ook onderdeel van het plan. Eind augustus reed een elektrische Volvo-truck – een demoversie en met extra actieradius – vanuit het westen van Nederland naar het Ruhrgebied in Duitsland. Achter de trekker hing een tankcontainer van de Rotterdamse logistiek dienstverlener Royal Den Hartogh Logistics. Een zware tankcontainer gevuld met water om te testen. Gevaarlijke goederen staan later op de planning, zodra de wetgeving dat toestaat voor elektrische trucks.

Voorlopers en kat-uit-de-boom kijkers

Het is een stapje op een lange weg naar duurzamer transport. Regionaal commercieel directeur Alex van Leeuwen weet er alles van. De eerste stappen op dat pad zijn volgens hem al decennia geleden genomen. “Dan moet je denken aan de opkomst van intermodaal goederenvervoer in de laatste decennia van de vorige eeuw”, zegt hij. “Dat betekent dat je van de weg overschakelt naar spoor of water waar dat kan”, legt hij uit. “Inmiddels gaat in de Europese Unie 65 procent van wat we transporteren over het spoor. En daar waar we gebruik kunnen maken van de binnenvaart, doen we dat ook. Wegtransport is als het even kan vooral voor de eerste en laatste kilometers.”

Maar de grenzen van de keuze voor schonere en vaak goedkopere vervoersmogelijkheden zijn wel in zicht. Verdere verduurzaming van transport zal met name op de weg moeten plaatsvinden. De proef met de elektrische Volvo-truck eind augustus is daar een voorbeeld van.

Trots om te vergroenen

Van Leeuwen is er trots op dat de wil om te vergroenen in eerste instantie uit het bedrijf zelf is gekomen. “In 2020 kwam de boodschap dat we er serieus mee aan de slag moesten gaan. Dat was voor de markt uit.” Een paar jaar later ziet Van Leeuwen de vraag naar groener transport wel toenemen. Hij onderscheidt twee trends. “Ten eerste heb je natuurlijk de klanten die het wel willen, maar nog even de kat uit de boom kijken”, vertelt hij. “Daarnaast zijn er sectoren die vooruitstrevend zijn op dit vlak, zoals de chemie en de gasindustrie, twee sectoren waarvoor we veel vervoeren”, vervolgt hij opgewekt. “Wij verwachten ook dat de vraag zich naar andere markten voortzet.”

Onterechte tol voor biodiesel

Zijn collega Erik Goverde weet waar Van Leeuwen het over heeft. Als programmamanager Environmental Sustainability is de chemicus nauw betrokken bij de vergroening van de vloot. Hij benadert de noodzakelijke veranderingen in eerste instantie vooral vanuit de techniek. “Het gemakkelijkste is natuurlijk om de standaard diesel te vervangen door HVO, zeg maar biodiesel”, legt hij uit. HVO is inmiddels een gangbare brandstof voor de dieseltrucks van Den Hartogh, maar dat brengt wel nieuwe vraagstukken met zich mee. “Het is in Nederland niet overal verkrijgbaar”, somt Goverde op, “en in het buitenland is het momenteel nog veel lastiger.” Op termijn gaat dat echter veranderen, zo menen beide Den Hartogh-collega’s. “In Nederland wordt er volop gebouwd, onder andere bij Shell in Pernis”, zegt Van Leeuwen. “Tegelijkertijd zien we dat er bouwplannen zijn aangekondigd in bijvoorbeeld Spanje, Frankrijk en Portugal.”

“Het gemakkelijkste is natuurlijk om de standaard diesel te vervangen door HVO, zeg maar biodiesel.”

Erik Goverde, Royal Den Hartogh Logistics
Erik Goverde (links) en Alex van Leeuwen (rechts) van Royal Den Hartogh Logistics (Foto: Jiri Büller)
Erik Goverde (links) en Alex van Leeuwen (rechts) van Royal Den Hartogh Logistics (Foto: Jiri Büller)

De stap naar biodiesel voor zowel nationaal als internationaal transport lijkt dus gemakkelijk te maken, ook omdat het geen investeringen vraagt in nieuwe trucks. Maar dat is niet het hele verhaal. “Kijk nou naar Duitsland”, zegt Goverde. “Daar gaat de tol – Maut – voor vrachtwagens verdubbelen in verband met de milieubelasting die het vrachtverkeer met zich meebrengt. Maar wij rijden met HVO, met maar zeer beperkt fossiele CO2-uitstoot. Daar zou je dan een ander prijskaartje aan moeten hangen.”

Andere opties voor schoner transport

Er blijven dan drie andere opties onder de motorkap over om milieuwinst te behalen: vloeibaar gemaakt biogas, elektrisch en waterstof. Voor de eerste is Zweden een goed voorbeeld. “Daar is de infrastructuur voor bio-LNG al zeer volwassen en is het bij de meeste pompstations al wel verkrijgbaar. Den Hartogh is in Zweden actief en door het continue investeren in de bio-LNG-vloot, kunnen ze daar letterlijk makkelijker met bio-LNG de weg op, licht Goverde toe. “Tegenwoordig zie je ook plannen bij producenten en retailers om de productie en de infrastructuur in West-Europa fors uit te breiden. Shell is er een voorbeeld van."

De voordelen van vloeibaar gemaakt biogas liggen in de milieuprestaties en de actieradius van de vrachtwagen. Nadeel is wel dat de transporteur moet investeren in een truck die meer kost dan eentje met een traditionele dieselmotor. En die extra investering moet hij natuurlijk wel zien terug te verdienen met een hogere kilometerprijs.

Het alternatief is de elektrische truck. Den Hartogh heeft er momenteel eentje van rijden. De vrachtwagen vervoert lading tussen klanten in het Rotterdamse havengebied. In de nacht staat de vrachtwagen aan de laadpaal. “Er worden door de fabrikanten van elektrische trucks momenteel grote stappen gezet maar alles valt of staat met de trekkracht, actieradius en de beschikbaarheid van laadpalen”, stelt Goverde. “Je wilt niet met je oplegger langs de snelweg een hele reeks laadpalen voor uren blokkeren”, vult Van Leeuwen aan.

Blijft over de vrachtwagen die waterstof als energiedrager heeft en een brandstofcel om de elektrische motor aan te drijven. “Dat is in theorie natuurlijk een mooie oplossing voor transport over langere afstanden”, zegt Goverde. “Maar het loopt nog niet hard met de productie van groene waterstof, het aantal plaatsen waar je kunt tanken en de beschikbaarheid en betaalbaarheid van die trucks.” Het is anders gezegd iets waar Goverde met plezier naar uitkijkt maar de ontwikkelingen gaan te langzaam om op korte termijn vruchten van te kunnen plukken.

Toekomstige bonte vloot

Duurzaamheidsmanager Goverde peinst als de onvermijdelijke vraag wordt gesteld. Hoe ziet het wagenpark van het bedrijf er over vijf of tien jaar uit? “Lastig”, klinkt het. “Wij hebben een jonge vloot omdat we snel vervangen. Ik denk dat we daardoor over een aantal jaar in Europa een mozaïek aan vrachtwagens hebben rijden. Het is nog te veel in beweging om te kunnen zeggen wat er straks dominant zal zijn. Wat wel vaststaat, is dat het goederentransport schoner zal zijn.”

Royal Den Hartogh Logistics: van bollen naar bulk

In 1920 begonnen

Den Hartogh in 1930
In 1920 begonnen met het inruilen van een bestaan als kruidenier voor die van beurtvaartschipper. Vanuit het florerende Hillegom in de bollenstreek voer Jacobus ‘Ko’ Den Hartogh tweemaal per week naar Leiden en ook Haarlem en Amsterdam. Van het een kwam het ander. Vier jaar na de start als transporteur werd de eerste vrachtwagen aangeschaft, een T-Ford. Eind jaren dertig bestaat het wagenpark al uit drie Ford V8-modellen. Na moeizame oorlogsjaren profiteert de expediteur volop van de wederopbouw. Vanaf 1949 wordt vervoer over de weg de nieuwe kernactiviteit.

De jaren 60

Den Hartogh in de jaren zestig
De firma Jac. Den Hartogh & Zonen ziet in 1951 het licht. In de jaren zestig, als het bedrijf veertig jaar bestaat, is het wagenpark gegroeid tot boven de 30 en mede door over names is de dienstverlening sterk uitgebreid. De groei vraagt om een heroriëntatie op de toekomst. Den Hartogh profiteert bijvoorbeeld in de jaren zestig van nieuwe activiteiten in de expanderende Rotterdamse haven en stapt in het chemische vervoer, in eerste instantie door een contract. Uiteindelijk duurt het tot 1980 voordat de zogeheten bode dienst voor het transport van losse goederen van de hand wordt gedaan.

Specialisatie, naar 27 landen

Den Hartogh op Moerdijk
De toekomst staat, zo besluit de familie, in het teken van het zogeheten ongeregelde vervoer van met name chemicaliën en tankvervoer, met dank aan een uitdijend contract met het Britse chemieconcern ICI. Inmiddels bedient Den Hartogh een groot deel van de chemieproducenten. Dat is nog altijd de hoofdactiviteit van het inmiddels Koninklijke familiebedrijf dat in 27 landen actief is met ruim 2.000 werknemers, een kleine 25.000 tankcontainers, 5.100 dry-bulkcontainers en gespecialiseerde dry-bulktrailers, 310 tankopleggers en 700 vrachtwagens.

Meer Shell en het wegtransport