
Broedplaats aan de Maas
Oude, in onbruik geraakte loodsen en haventerreinen in Rotterdam zijn een broedplaats voor jonge, innovatieve bedrijfjes. Een uitkomst voor startende ondernemers én voor een stad die zijn werkgelegenheid op peil wil houden. Ook gevestigde ondernemingen kijken met belangstelling naar nieuwe technologieën die daar in ontwikkeling zijn.
“Dit is een gebied in transitie en dus een motor voor nieuwe dingen, voor innovatie”, zegt Isabelle Vries, programmamanager van het Rotterdam Makers District namens de gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf. Vries begeleidt de transitie van de oude havengebieden; RDM Rotterdam, op het voormalige terrein van de Rotterdamse Droogdok Maatschappij (RDM) en Merwe-Vierhavens (M4H), waar vroeger een energiecentrale, opslag en overslag van bulkgoederen, schroot en fruit het beeld bepaalden.
Haar opdracht is om van M4H een levendig gebied te maken, een vestigingsplaats voor nieuwe bedrijven in de maakindustrie, naast woningen, cultuur en evenementen. Op RDM gaat het vooral om een combinatie van bedrijven, scholen en kennisinstellingen. Belangrijkste is dat er aan beide zijden van de Maas veel ruimte moet blijven voor innovatieve bedrijven die samen experimenteren met nieuwe technieken en processen.
Dynamiek
Vooral dat laatste brengt een dynamiek met zich mee die Vries aanspreekt. “Dit zijn oude werven, dat is toch echt Hollands Glorie waar we een beetje van verloren hadden. Het is prachtig te zien dat we dat trotse gevoel opnieuw kunnen oproepen door hier een etalage te maken van de nieuwe economie, voor iedereen zichtbaar”, aldus Vries.
Het RDM-terrein is al redelijk ver ontwikkeld en heringericht. Maar de transformatie van het M4H-gebied, circa 130 hectare groot, is voorlopig nog niet afgerond. Als het aan Vries ligt krijgt M4H een bredere invulling dan RDM Rotterdam. Het wordt een stadsgebied met een combinatie van wonen en werken, gericht op pioniers in maakbedrijven met een focus op 3D-printen (in jargon: additieve manufacturing), hergebruik van materialen en robotisering. Deze bedrijven kunnen verschillende sectoren bedienen, waaronder de maritieme sector, maar ook de bouwsector, clean tech (vormen van technologie die bijdragen aan een schoner milieu en/of zorgen voor energiebesparing/red) of de medische sector.
Rotterdam Makers District
Inmiddels hebben zich meer dan tweehonderd bedrijven van verschillende omvang gevestigd in het gebied dat in de toekomst verder gaat als het Rotterdam Makers District. Vries legt uit hoe belangrijk het is om een duidelijke focus te hebben: “Deze stad is een industriestad. Die industrie staat voor de grote opgave om de slag te maken naar een niet-fossiel en circulair tijdperk. We moeten dit doen vanuit onze kracht en onze kennis. Daarom richten we ons op bedrijven die willen innoveren in de maakindustrie in brede zin, daar is hier alle ruimte voor.”
Een voorbeeld hiervan is het RAMLAB, dat letterlijk veel ruimte nodig heeft voor grote experimenten en dat onlangs de eerste 3D geprinte scheepsschroef afleverde. Initiatiefnemer Vincent Wegener voelt zich als een vis in het water op RDM. Wegener: “Ik ben heel blij met deze plek, zeker als je bedenkt dat we anders op een ‘normaal’ industrieterrein zouden moeten zitten.” Wegener waardeert vooral de dynamiek die is ontstaan tussen start-ups, onderwijs en bedrijfsleven en die steeds meer nieuwe business naar de voormalige havengebieden trekt. “Dat werkt echt als een bedrijvenmagneet. Het is heel goed dat dit er is.”
Circulaire economie
Het M4H-gebied gaat ook ruimte bieden aan bedrijven die zich richten op de circulaire economie. Zoals Floating Farm, een drijvende boerderij van duizend vierkante meter die op het water van de M4H zal verschijnen. Initiatiefnemer Van Wingerden ziet het als een unieke kans op een bijzondere plek. Peter van Wingerden: “Bij een nieuwe stedelijke omgeving hoort ook voedsel als thema, dus het komt ons heel goed uit dat wij daarvan op deze plek echt een onderdeel zijn, wat wil je als ondernemer nog meer?”
Op RDM Rotterdam vestigen zich de meer onderzoeksgerichte en kennisintensieve maakbedrijven, veelal haven-gerelateerd. “Dat past ook het beste bij de linkeroever, waar de haven van oudsher dominant aanwezig is”, aldus programmamanager Vries. Inmiddels werken er zo’n vierhonderd mensen bij meer dan vijftig bedrijven, start-ups, MKB-bedrijven maar ook wereldspelers in de maritieme sector en de offshore. Er zijn ook al enkele toonaangevende onderwijsinstellingen gevestigd – met inmiddels zo'n twaalfhonderd studenten – zoals het Albeda college, Zadkine en Hogeschool Rotterdam die samenwerken met TU Delft.
Jong en oud samen
De meeste bedrijven die zich vestigen in het nieuwe Rotterdam Makers District zijn nog klein en startend. Maar het uiteindelijke doel is dat deze start-ups doorgroeien tot volwassen bedrijven. Vries: “We hopen natuurlijk op bedrijven die groei en werkgelegenheid creëren.” Gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf investeren daarom niet alleen in het faciliteren, maar stimuleren ook de bedrijven die passen in het profiel. Zo kon MgAubel, producent van smart eco-materials (in dit geval moderne, duurzame materialen/red) voor de reparatie van beton, bij het Havenbedrijf terecht voor een proef. Marc Goedkoop, oprichter van MgAubel: “Rotterdam heeft 71 kilometer havenkade, dus het Havenbedrijf was wel geïnteresseerd in de ontwikkeling van een versneld procedé voor onderhoudswerk aan het beton. Doordat we proefvakken mochten maken onder en boven de waterlijn konden we laten zien hoe snel we kunnen werken en hebben we dat ook kunnen gebruiken voor meerdere klanten.” Maar ook RAMLAB, waar bedrijven samen onderzoek doen en kennis en kosten daarvan delen, is een voorbeeld van de directe betrokkenheid van het Rotterdamse Havenbedrijf.
Dat is ook wat Vries roemt als bijzondere karakteristiek van het gebied vandaag de dag. Jonge en oude bedrijven die samen aan de ontwikkeling van nieuwe technieken werken. Die dynamiek zorgt er ook voor dat gevestigde concerns zoals Fokker en Van Oord met veel interesse de ontwikkelingen in de oude havengebieden volgen. Vries wil het zelfs breder zien: “We helpen zo ook gevestigde bedrijven bij het toepassen van nieuwe technieken. Zo maken we met elkaar de slag naar de nieuwe economie.”
RAMLAB
RAMLAB op RDM Rotterdam produceerde onlangs als eerste ter wereld een grote, 3D geprinte scheepsschroef. RAMLAB deed dat met partners Damen Ship Yards, Promarin, Autodesk en Bureau Veritas. Vincent Wegener, initiatiefnemer van RAMLAB, is trots dat het in slechts een paar maanden tijd is gelukt om een echte scheepsschroef te printen, binnen een jaar na opening van het lab. Wegener: “Dit laat zien hoe samenwerking de ontwikkelingen rondom grootschalig 3D-printen kan versnellen. We onderzoeken samen met partners. Dat houdt de kosten laag; de resultaten delen we met elkaar.”
De missie van RAMLAB: productie van metalen onderdelen op afroep technisch mogelijk maken. De uiteindelijke productie van de onderdelen gaat RAMLAB niet zelf doen. Wegener: “We onderzoeken mogelijkheden en specificaties en maken dan een compleet pakket dat de opdrachtgever, onze partner, bij een producent kan uitbesteden.”
Volgens Wegener hebben havengerelateerde bedrijven veel belangstelling om op deze manier technieken te ontwikkelen voor goedkopere en snellere productie van onderdelen. RAMLAB heeft al partners in de scheepsbouw, maar ook vanuit de procesindustrie, de bouw, matrijsbouwers en de olie-industrie is interesse voor partnerschap met het onderzoekslab. Wegener: “Iedereen die meer wil doen met grootschalig 3D-printen kan zich bij ons aansluiten”.
MgAubel
Gepromoveerd bedrijfseconoom Marc Goedkoop startte drie jaar geleden MgAubel, producent van smart eco-materials, gericht op reparatie en renovatie van havenkades, steigers, bedrijfshallen en containerterminals.
MgAubel ontwikkelde een milieuvriendelijk materiaal voor reparatie in de helft van de tijd. Goedkoop: “Bedrijven maken vaak hoge kosten als ze tijdelijk niet over hun infrastructuur kunnen beschikken. Met ons materiaal kunnen objecten in 24 uur weer beschikbaar zijn, wat anders zeker 28 dagen zou duren.”
Goedkoop startte MgAubel bij de Young Entrepreneurs Society in Delft, YES!Delft, die jonge bedrijven de kans geeft door te groeien. Hij kreeg de gelegenheid in een proefproject in de Rotterdamse haven het nieuw ontwikkelde materiaal te testen. “Mooi dat we daarbij door de getijden in de havens gedwongen waren extra snel te werken.” Het leidde tot meerdere opdrachten. Inmiddels is MgAubel de fase van start-up ontgroeid en verhuisd naar RDM. Goedkoop: “De verhuizing was een kantelpunt. Nu we ruimte hebben om zelf te produceren kunnen we gaan opschalen”. De groei is snel gegaan. Bij MgAubel werken inmiddels vijftien mensen. Goedkoop: “Vooral de dynamiek met andere bedrijven is prettig. Als je in een omgeving van makers zit, wil je zelf ook wat maken.”
Floating Farm
Bij Havenbedrijf Rotterdam fronsten de wenkbrauwen toen Peter van Wingerden zich met zijn projectontwikkelingsbedrijf Beladon meldde met het idee een stadsboerderij te beginnen op het water van de haven.
Van Wingerden wist dat hij met zijn kennis van bouwen op het water meer kon doen. Getroffen door de problemen in New York met de winkelbevoorrading na de orkaan Sandy, begon hij te denken over een plan om voedsel te produceren in de stad. “Een boerderij zoals wij die hadden bedacht, blijkt met veertig koeien break even te kunnen draaien. Daar kunnen we een stadswijk van 20.000 mensen mee voeden.” Alleen moet er wel plek zijn, en in de meeste wereldsteden is alleen het water daarvoor nog beschikbaar. Van Wingerden opent zijn Floating Farm in september 2018 op het water van M4H.
Hij stort zich eerst op zuivelproductie, maar plannen voor een drijvende kippenboerderij zijn al gemaakt. Misschien komt er ook nog een drijvende kas. “Het gaat om de techniek van drijvend bouwen. We krijgen hier de kans te leren en te experimenteren”, zegt Van Wingerden. “Voor ons een prachtige plek voor een mooi voorbeeldproject. We krijgen al aanvragen vanuit de hele wereld.”